Fondsen die goed scoren op esg hebben geen hogere vermogensbeheerkosten dan fondsen die minder goed scoren. Verbetering van het esg-beleid leidt evenmin tot hogere kosten.
Bron: Frank van Alphen in PensioenPro
Dit blijkt uit een statistische analyse door zelfstandig consultant Gaston Siegelaer van de kosten van de vijftig grootste fondsen die in de jaarlijkse esg-ranglijst staan van Vereniging van Beleggers voor Duurzame Ontwikkeling (VBDO). ‘Er is geen verband tussen de hoogte van de vermogensbeheerkosten inclusief de transactiekosten en de plaats in de VBDO-lijst’, aldus Siegelaer.
Siegelaer heeft de vermogensbeheerkosten van de vijftig fondsen, die zijn geselecteerd op omvang van het vermogen, afgezet tegen de plaats in de VBDO-lijst. ‘Fondsen die hoog scoren hebben geen hogere kosten dan de fondsen die onderaan de lijst staan’, zegt Siegelaer. ‘Uitschieters in de kosten worden niet verklaard door de esg-inspanningen.’
Volgens Siegelaer hoeven de resultaten niet te worden gecorrigeerd voor omvang van het fonds. De grootste fondsen zijn altijd te vinden in de hoogste regionen van de VBDO-lijst.
‘Uit een eerder onderzoek bleek dat er geen relatie is tussen omvang en kosten. Grote fondsen hebben enerzijds schaalvoordelen, maar steken anderzijds meer geld in duurdere beleggingscategorieën zoals private equity en infrastructuur.’
Een verbetering van de esg-score, die is gebaseerd op governance, beleid, implementatie en verantwoording, leidt volgens Siegelaer niet tot hogere beleggingskosten.
Deze conclusie baseert hij op een vergelijking van de VBDO-ranglijsten uit 2016 en 2017. Over die jaren heeft DNB debeleggingskosten gepubliceerd.
Drie fondsen (Bpf Detailhandel en opf’en Hoogovens en ABN Amro) zagen in 2017 hun esg-scorestijgen. Bij Hoogovens stegen de vermogensbeheerkosten metslechts 1 basispunt. De kosten van de twee andere fondsen daalden met 1 basispunt. ‘Voor alle drie de fondsen geldt bovendien dat hun kostenniveau onder het gemiddelde ligt’, aldus Siegelaer.
Volgens Siegelaer zijn het met name kleinere fondsen die opzien tegen hogere kosten als ze meer gaan doen aan esg. ‘Ze weten niet waar ze moeten beginnen en hebben geen zin een heel traject in te gaan waarbij ze dagen bezig zijn een esg-beleid te formuleren. Het is een misverstand dat het esg-beleid vanaf het begin perfect moet zijn.’
Drie stappen
Voor die fondsen zijn er volgens de consultant een drietal manieren een eerste stap te zetten zonder direct het hele beleggingsbeleid om te gooien. ‘Fondsen die actief laten beleggen, kunnen overstappen van traditioneel actief naar actief waarbij de vermogensbeheerder esg nadrukkelijk meeneemt in zijn afwegingen.’
De tweede methode is meer gebruikmaken van indices die esg-criteria meewegen. Pensioenfonds Detailhandel lichtte onlangs in Pensioen Pro toe hoe dat in zijn werk gaat. Het fonds droeg uitvoerder BlackRock op een index te volgen die meer rekening houdt met de duurzaamheidsdoelen van de VN. Dit leidde niet tot hogere kosten.
De derde manier om het esg-gehalte verhogen zonder extra kosten te maken, is engagement te combineren met een passieve beleggingsstrategie. ‘Engagement brengt extra kosten met zich mee, maar die kan een fonds compenseren door een groter deel passief te beleggen in mandaten gebaseerd op esg-indices’, zegt Siegelaer.